Het echte werk - Reisverslag uit Lobamba, Swaziland van Robbert Horst - WaarBenJij.nu Het echte werk - Reisverslag uit Lobamba, Swaziland van Robbert Horst - WaarBenJij.nu

Het echte werk

Door: Robbert van der Horst

Blijf op de hoogte en volg Robbert

16 Maart 2014 | Swaziland, Lobamba

Het is al weer bijna een week verder, het echte werk is begonnen!

Op maandagochtend was de eerste dag van het project. Met een busje van de organisatie werden we met de mensen van mijn project en van het NCP project naar de NCP gebracht. NCP is een soort opvang plek waar kinderen van 2-5 heen kunnen. Het is gratis en ze krijgen er onderwijs plus maaltijden. De mensen die op deze NCP’s helpen zijn daar om de docent te assisteren. De kinderen in bedwang houden, verhaaltjes vertellen en aandacht geven waar nodig. Wij, van het bouwproject, houden ons bezig met hele andere bezigheden. Het werk verschilt van kleine projecten als het repareren van de schommel en het ophangen van boekenplanken tot de grote projecten als het bouwen van een klaslokaal. Aangezien wij deze maand met extreem grote groep (5 personen) zijn heeft de bouwvakker, onze projectleider, besloten om een nieuw klaslokaal te bouwen voor een kleine NCP hoog in de bergen. Normaal gesproken zitten er ongeveer 50 kinderen, op deze locatie zijn het er niet meer dan 20. En dat allemaal in de lokaaltje van 8 bij 3. Aangezien het er te klein is om normaal les te geven en het gebouw op dit moment geleend wordt van het kerkje dat ernaast zit (het is een deel van het opslaggebouw).

Het probleem met het doen van grote projecten in dit land is alleen dat het er erg langzaam gaat. Wat vandaag niet lukt komt morgen wel, en anders overmorgen of volgende week. Ikzelf doe liever meerdere kleinere projecten in de tijd dat ik hier ben zodat ik ook daadwerkelijk kan zien dat de kinderen er van genieten in plaats van dat ik de basis leg voor een groter project. Aangezien ik slechts 4 weken met dit project bezig ben (in plaats van de 6 weken die het eerst zouden zijn), doe ik liever iets anders. Na de eerste dag heb ik gepraat met de project coördinator en zij heeft met de bouwvakker besproken en besloten dat ik kon beginnen met het schilderen van de binnenkant van de opslagruimte. De ruimte is net zo groot als het klaslokaaltje en deelt dus het dak. Het begon allemaal met het deels leeghalen van dit rommelhok. Al het brandhout voor het koken van de pap voor de kinderen naar buiten, de gigantisch zware kookpotten naar buiten, het inmiddels al aangeschafte cement voor de fundering van het klaslokaal naar buiten en natuurlijk het opzoeken van de verfspullen. Deze spullen bestaan uit 2 verfrollers (en dat is al een luxe), een kwast, een emmer met verf en een bezemsteel. De bezemsteel moest gebruikt worden om met behulp van een stukje karton (dat er voor zorgde dat de roller beter op de stok bleef zitten) en een verfroller de hoge stukken te kunnen bereiken. De kwast kon ook met een stukje oud rubber aan de stok bevestigd worden voor de hogere hoeken en de randen. Het is er dus allemaal behoorlijk ‘primitief’ en het draait vooral om improviseren zodra iets ontbreekt.

Na het hok deels leeg gehaald te hebben en de eerste muur te hebben geschilderd met 3 lagen (aangezien de verf direct op de gestucte muur gaat) was het al weer tijd om te vertrekken. Deze NCP ligt behoorlijk ver in de bergen en er rijdt maar enkele keren per dag een openbaar vervoersbusje langs, soms ook helemaal niet. Dit is ook de reden waarom we ‘s ochtends gebracht worden door de organisatie. Je hoort het busje (kombi) al van ver af aankomen, luid toeterend en hobbelend over de slechte ‘wegen’. De kombi brengt ons naar de hoofdweg en vanaf daar nemen we een andere kombi naar de lodge waar wij verblijven. De kombi’s zitten vaak helemaal vol en dat merkte wij meteen. Het groepje vrijwilligers is in het totaal ongeveer 8 personen en normaal zou het dan vol zitten als je de ‘deuropener/kassier en de chauffeur er nog bij optelt. Maar nee hoor: er kwamen 4 mensen bij, nog 2 vrouwen met beiden een kind op de rug. Nog enkele mensen en op het laatste stuk reden we met een busje waar 21 personen in zaten. Met 8 personen zit je al redelijk opgepropt, met 21 helemaal. Mensen hangen half over je heen, mensen zaten bij elkaar op schoot en de oudere vrouwen lagen ook nog ergens tussen met hun boodschappentasje. Eenmaal op de hoofdweg overgestapt op de andere kombi werden enkele mensen ingeruild voor luide muziek en zo vervolgt de weg naar onze eindbestemming, ‘thuis’.

Op maandagmiddag stond een ziekenhuis bezoek gepland waarbij wij met de groep naar de kinderafdeling van het ziekenhuis in de hoofdstad gingen. Op het moment dat wij binnen kwamen was de shock behoorlijk groot. Het was allemaal heel primitief. Een infuus werd aan een verroeste spijker in de muur opgehangen en de kinderen lagen allemaal op 1 kamer. We hadden ballonnen mee en een tas vol speelgoed om de kinderen even mee te laten spelen. Het was wel een behoorlijke rotklus om al het speelgoed na afloop weer terug te krijgen aangezien veel moeders stiekem speelgoed in het kastje achter zich gelegd, in de hoop dat wij het niet zouden zien.

Omdat wij op de dinsdag van aankomst (de oriëntatiedag) ’s middags een village tour zouden krijgen en dat niet doorging door de regen werd het doorgeschoven naar de week erop. Deze tour was een ritje naar het museum van Swaziland waar we een stukje over de geschiedenis van de cultuur en met name de dansen te zien kregen. Daarna gingen we met een gids naar een bergdorpje (waar de gids zelf ook vandaan kwam en nog steeds woonde). Hij nam ons mee naar het café (een boom met een kring van oude dronken mannen die niks anders deden dan de hele dag fruitig bier drinken). We kwamen langs de huisjes van modder en stro, de algemene badkamer onder de grote watertank en een lokaal winkeltje. Honden worden hier ook niet gezien als huisdieren maar als zwerfbeesten. Ze zijn hier daarom ook zo ontzettend mager. Na door het dorpje gelopen te hebben kwamen we bij een ‘restaurantje’ aan. Hier kregen we vlees van de braai en konden wij lekker met onze handen eten naast de plaatselijke vuilnisbelt. Dit was namelijk aan de andere kant van de muur en dat was ook te ruiken. Schijnbaar doen ze hier niet aan recyclen, eens in de zoveel tijd verbranden ze de hele berg gewoon.

Door te kijken naar het verschil tussen arm en rijk in de omgeving merk je snel dat het niet gelijk verdeeld is. De koning heeft zijn paleis namelijk pal naast het dorpje waardoor er een ontzettend groot contrast ontstaat. In dit land is het normaal dat de koning veel vrouwen heeft, de vorige koning had er dan ook 70 (met 210 kinderen). De volgende koning wordt daarom ook niet gekozen omdat hij de oudste is, maar dat hangt af van de beoordeling van de huidige koning. De vrouw wiens zoon koning wordt mag maximaal 1 kind hebben en dat moet een jongen zijn, ook moet de vrouw behoren tot de favorieten van de koning. Aangezien de nieuwe koning pas 12 pas toen zijn vader overleed is hij eerst naar Engeland gegaan om te studeren en nam iemand anders het tijdelijk over. Pas toen hij 18 werd was hij oud genoeg om koning te zijn en moest hij alles her starten. Hij mocht niks van zijn vader gebruiken. Het paleis van de oude koning is nu dus ook verlaten en volledig overwoekerd door wildernis. De huidige koning is nu nog in de 40 en heeft +- 13 vrouwen. Deze prinsessen wonen her en der verspreid over het land, waarvan er 1 aan de weg woont die wij naar onze bouwplaats nemen. Aangezien deze villa in het gebied staat waar ontzettend veel arme mensen wonen is het dan ook vreemd om tussen alle vervallen huisjes een grote villa met luxe auto’s voor de deur te zien.

Het weer hier in Swaziland is heel wisselvallig. Het ene moment regent het 3 dagen achter elkaar. Het andere moment is het 30 graden en geen wolkje aan de lucht. Dit maakt het lastig om het project uit te voeren zonder dat de hele bouwplaats in een modderpoel met zwembad veranderd waardoor al het graafwerk voor de fundering inzakt, versteend en vervolgens nog moeilijker los te maken is dan dat het al was. Gelukkig kon ik vanaf de tweede dag (dinsdag) dus lekker binnen schilderen en had ik niet zo veel last van het weer, op de spullen uit het hok na dan, die we buiten hadden gelegd.

Een van die dagen waarop het weer ‘slecht’ genoemd kon worden, was woensdag. In de ochtend gingen we naar het project en was het redelijk zonnig en warm. In de middag hadden we een groepsgesprek met de coördinator om even te bespreken hoe het bij iedereen op het project gaat en begon het al af te koelen. ’s Avonds kwam een muzikant met zijn bandje optreden en regende het ontzettend hard. De muzikant was een man uit het dorpje dat we de dag ervoor hadden bezocht. Hij woont in een klein huisje waar hij naast het oefenen met zijn band ook schilder lessen geeft aan mensen uit de omgeving. Zijn muren waren dan ook bedekt met schilderijen die door hem en zijn studenten gemaakt zijn. De man had in tegenstelling tot veel mensen ontzettend lang gevlochten haar, dat komt hier niet vaak voor. Na een paar liedjes gespeeld te hebben kwam de lokale hiphop groep ook nog even langs. Iedereen heeft gedanst, veel gedronken en een top avond gehad. De mensen die mij echt kennen weten wel hoe ik mij gevoelt heb!

Donderdag was een vrij rustige dag vergeleken met de rest van de week. Het weer zat weer eens tegen want het regende af en toe een beetje. De avond stond in het teken van de verjaardag van iemand uit de groep en om 9 uur (al) ging iedereen naar bed. Vrijdagochtend was een projectochtend die iets anders verliep dan de eerdere dagen. Het was ontzettend warm en de graafwerkzaamheden waren bijna klaar. Om een uur of 11 was alles klaar en konden we weer terug naar de lodge. Na een snelle douche, tas inpakken en een korte lunch ging een deel van de groep een weekendje weg. Dit weekend (van vrijdagmiddag tot en met zaterdagmiddag) zat niet in het programma en moest extra geboekt worden. Ikzelf had wel het idee dat het een leuk weekend kon worden dus heb mij wel aangemeld. Het begon met een bezoekje aan de op 2 na grootste steen ter wereld. Deze steen is eigenlijk gewoon een berg, maar bestaat maar uit 1 laag en wordt dus een steen genoemd. Na snel een paar foto’s te hebben gemaakt en de steen een meter of 50 opgelopen te zijn reden we verder naar een meer met een grote stuwdam. Bij deze dam zat een restaurantje met viewpoint waar men een mooi uitzicht had op de grote ‘glijbaan’ waar het water vanaf gaat naar een kleine rivier, vanaf hier stroomt het weer verder. Omdat wij tijdens dit weekend ook ergens een nachtje gingen slapen reden we verder richting de grens van Zuid-Afrika. Deze bergen waren volledig bedekt met gras en leken op een afstand dus meer op heuvels. Toch was deze omgeving ontzettend prachtig en hier zouden we dan ook bij een viewpoint naar de zonsondergang gaan kijken. Helaas verdween de zon precies achter de top van een berg en was het minder spectaculair dan verwacht. De nacht brachten we door in chalets op de helling van een berg waarbij ik echt een vakantiegevoel kreeg. Na om half 9 nog avondeten te hebben gegeten ging iedereen slapen. Hoe kan het toch dat iedereen hier zo vroeg gaat slapen? Misschien zal het liggen aan de activiteit van de volgende ochtend… Of ga ik gewoon laat slapen? Het kan natuurlijk ook beide zijn!

Zaterdagochtend was een schitterende ochtend. Om half 9 stonden we bij de balie van het bedrijf dat zipline avonturen doet in de omgeving. Na een korte les over veiligheid en het aantrekken van de equipment konden we een truck in. Deze truck bracht ons naar het eerste platform, een ritje van 20 minuten over zand en steenwegen in een overvolle truck. Bij het eerste platform aangekomen konden we 1 voor 1 over de lijn naar de overkant. Niet spectaculair qua adrenaline, maar wel een schitterend uitzicht terwijl je over een kabel naar de overkant glijdt. In het totaal waren het 12 platforms en 11 lijnen waarbij de laatste natuurlijk het langste was! Aan het einde kreeg iedereen een flesje water en konden we 10 minuten bergopwaarts lopen om terug te gaan naar de truck. De truck bracht ons terug naar het beginpunt en na onze spullen ingepakt te hebben konden vertrokken we weer richting ‘thuis’. Onderweg zijn we nog naar de oudste mijn ter wereld gegaan. Hierbij kregen een korte uitleg over de geschiedenis in de tentoonstellingsruimte en liepen we met de gids naar de ingang van de mijn. Eenmaal aangekomen kwamen we allemaal voor een grote teleurstelling te staan. De ingang van de mijn was een tijdje geleden ingestort en daardoor konden we niet naar binnen toe. En met een tijdje bedoel ik 100 jaar... We zijn maar weer terug gegaan naar het busje op weg naar de laatste activiteit. Het was een glasfabriek met een hoop winkeltjes. Dit is verreweg de grootste toeristische attractie in de omgeving. Grote bussen vol met typische toeristen: sandalen, polo en een safarihoed. De prijzen gaven ook meteen aan dat het daar om toeristen gaat. De prijzen van producten liggen er zeker 3 keer hoger dan de prijzen in de rest van het land. Naast het winkeltje kon je ook een kijkje nemen in de fabriek waar het glas geblazen werd. Via een trap kwam je op een balkon waar je over de machines heen liep. De temperatuur zorgde er wel voor dat je er niet langer dan een paar minuten wilde blijven, het was er namelijk 35 graden. Ook was er een chocolade winkeltje en veel kleding winkeltjes te vinden, met toeristische prijzen natuurlijk. Nou is dat natuurlijk de verwachten als je rondreist in een land, maar prijzen als 500 euro voor een houten olifant van 40cm hoog is mij toch net iets te duur. Na een bezoek aan het restaurant voor een ijsje (en voor de rest van de groep gratis Wi-Fi op de telefoons) reden we terug naar de lodge.

Van te voren (op donderdag) was gezegd dat we op zondag slecht weer zouden hebben met regen en veel wind . Dit was de reden dat we de dag voor vertrek dus pas te horen kregen dat we niet op zaterdagmiddag, maar op vrijdagmiddag al zouden gaan vertrekken (het zou namelijk eerst van zaterdagmiddag tot en met zondagmiddag zijn). Achteraf gezien was dat totaal niet nodig, want ik zit hier nu in de schaduw omdat het te warm is om in de zon te gaan zitten. Onbewolkt, boven de 30 graden en voor mij ongeveer 15 minuten om te zonnen zonder te verbranden, zelfs na ingesmeerd te hebben. Ik hoop dat ik jullie hiermee toch een beetje jaloers maak aangezien het weer hier de afgelopen tijd toch erg tegenvalt terwijl jullie in Nederland heerlijk weer hebben!

  • 17 Maart 2014 - 07:39

    Els Hendriks:

    He Robbert,

    Zo te zien maak jij vanalles mee !!!
    Wat een levenservaring,top hoor !!!
    Maar ik ben even helemaal niet jalours op jouw !!!
    Ik zit hier in een 5* hotel in het altijd zonnige Egypte.
    En het eten is hier heerlijk !!!
    Ik wens je nog heel veel plezier en voldoening daar.

    Groetjes,
    Els.

  • 19 Maart 2014 - 14:48

    Liesbeth:

    Ik dacht, ik zal nu maar eens een reactie sturen, je doet zo je best met die mooie verhalen schrijven. Leuk hoor, al die verslagen. Ik lees ze met plezier. Je maakt een hoop mee zo, wat een ervaringen. Begint het al een beetje te wennen?

    Veel plezier verder.


    Groetjes, Liesbeth (moeder van Jasmijn)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Swaziland, Lobamba

Robbert

Volg mij op mijn reis van continent naar continent!

Actief sinds 18 Feb. 2014
Verslag gelezen: 356
Totaal aantal bezoekers 8386

Voorgaande reizen:

02 Maart 2014 - 13 Mei 2014

De Afrikaanse Ontdekking

Landen bezocht: